Door het aanleggen van zacht hellende oevers worden overgangszones tussen natte en droge zones gecreëerd waarbij verschillende plantensoorten een geschikte biotoop kunnen vinden. In de oever wordt plaatselijk iets dieper gegraven zodat er “plasberm” ontstaat.
De vergunning is aangevraagd. Uitvoering winter 2011-2012.
De rechttrekking van de Dommel had slechts één doel voor ogen: het water zo snel mogelijk afvoeren. De belangstelling voor de gevolgen voor de natuur waren minimaal. Ingevolge Europese wetgeving en Vlaamse decreten is de waterbeheerder verplicht zorg te dragen voor de biodiversiteit in de waterlopen. Dit project is een onderdeel van “Onze Dommel”.
Het afschuinen van oevers zorgt voor een meer geleidelijke overgang tussen land en water waardoor er meer verschillende soorten planten voorkomen en de beek ook toegankelijker wordt voor dieren die langs de oever leven. Er ontstaan stromingsluwe zones voor vissen en andere waterorganismen en de bergingscapaciteit van de waterloop neemt beperkt toe bij hoge debieten. Zeker langs beken die diep uitgesneden zijn, zorgt deze eenvoudige maatregel voor een belangrijke ecologische verbetering die ook het esthetische beeld verbetert.